Fotobewerking.

Erwin zou vanavond laten zien hoe je een foto kunt bewerken met de computer, maar aangezien een aantal van de leden er de vorige keer niet bij aanwezig konden zijn gaan we even terug naar les 1.
En voor de overige aanwezigen, een herhaling van de ingewikkelde materie van de vorige keer kan helemaal geen kwaad.

Ook is er vanavond een mogelijk nieuw lid aanwezig, Maartje. Zij komt kijken of ze het leuk vindt om lid te worden van 'FLITS'.

Een computer werkt met grafische bestanden. Dit kan een vectorgeoriënteerd of een pixelgeoriënteerd bestand zijn. Een vector is een lijn waarvan het beginpunt is bepaald, die een bepaalde richting heeft en (in het geval van een afbeelding) een eindpunt.

Het grote voordeel van een afbeelding die is opgebouwd uit vectoren, is dat je de afbeelding onbeperkt kunt vergroten, zonder scherpteverlies. Nadeel is dat het aantal kleurschakeringen hierdoor beperkt is. Een ander nadeel is dat een vectorgeoriënteerd bestand enorm veel geheugen van de computer vergt. Het omzetten van een foto in een vectorgeoriënteerd bestand wordt dan ook zelden gedaan.

Een pixelgeoriënteerd bestand is opgebouwd uit horizontale en verticale ruitjes, met ieder een eigen kleur. Hiermee kun je dus veel meer kleurschakeringen in een afbeelding weergeven (wat het aantrekkelijk maakt voor fotobewerking), maar je kunt zo'n ruitjesvel niet onbeperkt vergroten, op een gegeven moment worden de ruitjes zichtbaar.

Een pixel is een soort verfpalet met 3 kleuren: Rood, Groen en Blauw. Dit heet de RGB-modus. Door deze kleuren te mengen, 'maak' je de overige kleuren. Gelukkig hoef je dat 'mengen'niet zelf te doen, dat doet de computer.Elk van deze drie kleuren is opgebouwd uit 8 cijfers. Dit cijfer kan een 1 of een 0 zijn. Rood is bijvoorbeeld 00000001. Iets lichter rood is dan 00000011. Elke keer als de computer een 1 in een 0 verandert, of andersom, verandert dus de kleur. Voor een pixel geldt: hoe  meer kleur, hoe lichetr de afbeelding wordt.

Eén pixel  bestaat dus uit 24 nullen of enen. Als je dan bedenkt dat de gemiddelde foto uit 135.000 pixels bestaat (300 pixels hoog en 450 pixels breed), dan kun je je voorstellen dat het aantal kleurschakeringen enorm is. Meer zelfs dan het menselijk oog kan waarnemen. Daarom wordt een fotobestand 'gecomprimeerd', dat wil zeggen dat pixels die naast elkaar liggen en vrijwel dezelfde waarde hebben, maar niet helemaal, door de computer wel dezelfde waarde toegekend krijgen. Ons oog ziet dit verschil toch niet, maar het verkleint wel de grootte van je computerbestand.

Fotorolletjes (de negatieven) en printers werken met een ander kleurensysteem, de zogenaamde YMCK-lkleuren: Y=Yellow (geel), M=Magenta (Paars / rood), C=Cyaan (blauw /groen) en K=blacK (zwart).

Bij dit kleurensysteem geldt, in tegenstelling tot de kleruen van de RGB-modus, hoe meer kleur, hoe donkerder.

Als je een foto in de computer scant of uitprint, dan maakt de computer dus elke keer een vertaalslag van de YMCK-kleuren naar de RGB-modus, of andersom.

Hoe je foto wordt afgedrukt is afhankelijk van de printer die je hebt. Hierbij moet je letten op de 'ppi' van je printer, oftewel het aantal 'pixels per inch' (=2,54 cm) dat je printer 'neer kan zetten'. Hoe hoger de 'ppi' van je printer is, hoe beter de kwaliteit van je afdruk. Of ging het hier nou om de 'dpi', het aantal 'dots per inch'? Zoveel theorie in één keer! Volgende keer maar even navragen.

Maar goed, voor je gaat printen, moet je eerst de foto invoeren in de computer. Dit kan op drie manieren:

  1. je negatieven op een foto-cd zetten
  2. middels een negatiefscanner (of positief wanneer je met dia's  werkt)
  3. met een flatbedscanner

Hoewel er ons na deze uitleg niet veel tijd meer rest, laat Erwin ons toch nog even zien hoe je een foto kunt bewerken.

Een foto bewerken kan veel inhouden. Je kunt beschadigingen herstellen, de foto lichter of donkerder maken en (schoonheids-)foutjes wegwerken, maar je kunt het beeld ook compleet veranderen. Je kunt van 2 foto's 1 maken. Of van drie. Je kunt dingen toevoegen of weghalen. Kortom, de mogelijkheden zijn onbeperkt.

Het kan. Maar of je het kunt is een ander verhaal. En je moet het willen. Moet een foto perfect zijn of mag je de foto bewerken? Tja, misschien een onderwerp voor de cursus 'basisfilosofie'?

Hiermee besluiten we de avond. Het was naast leerzaam ook zeer gezellig.

Maartje geert te kennen graag lid te willen worden van 'FLITS; . Maartje, 'welkom'.